Terug
Voorbereiden op later

Wie erft wat als er geen testament is?

Wat er na overlijden moet gebeuren met bijvoorbeeld eigen geld, huis, bezittingen en schulden kun je vastleggen in een testament. Is iemand overleden en is er geen testament, dan geldt het erfrecht. De wet bepaalt in dit geval wie de erfgenamen zijn en wat zij erven. 

Partner van overledene

Een geregistreerd partnerschap en een huwelijk maken partners automatisch erfgenamen van elkaar. Is één van beiden overleden, dan gaat de nalatenschap volgens het erfrecht naar de ander. 

Bij een samenlevingscontract gaat dit niet op. In dit geval erft de ander alleen de nalatenschap als de overledene dit in een testament heeft laten zetten. Dit geldt ook in het geval van een LAT-relatie en een scheiding van tafel en bed, waarbij de scheiding dus nog niet officieel is. 

Kinderen van overledene

Kinderen van de overleden persoon zijn erfgenaam als volgens de geboorteakte de overledene de vader of moeder was van de kinderen. Ook geadopteerde kinderen van de overledene zijn erfgenaam.

Een stiefkind, pleegkind of biologisch kind dat door de overledene is afgestaan of niet erkend, is géén erfgenaam, tenzij een overledene in een testament heeft laten vastleggen dat hij wel erfgenaam is.

Gelijke delen

Laat een overledene partner én kind(eren) achter, dan wordt de nalatenschap in gelijke delen verdeeld. Tenzij er een testament is waarin de overledene heeft aangegeven dat de verdeling anders moet. 

De kinderen krijgen hun erfdeel niet direct na het overlijden. Dat zou namelijk kunnen betekenen dat de partner het huis of ander bezit moet verkopen. De partner mag daarom het erfdeel van de kinderen blijven gebruiken. 

Kinderen kunnen hun erfdeel opeisen als de partner van de overledene failliet gaat, in de schuldsanering terecht komt, of overlijdt. 

Groepen erfgenamen

Kinderen (als die niet meer leven, dan eventuele kleinkinderen), een echtgenoot/echtgenote en een geregistreerd partner vallen onder de eerste groep erfgenamen. De tweede groep zijn de ouders, broers en zussen (en als de broers en zussen zijn overleden, dan hun eventuele kinderen).

De derde groep erfgenamen zijn de grootouders, de vierde groep zijn de overgrootouders. Zijn er in de eerste groep geen erfgenamen, dan bepaalt de erfrecht dat de tweede groep erft. Is er niemand in deze tweede groep, dan erft automatisch de derde groep, de grootouders. Zijn er geen grootouders, dan gaat de nalatenschap naar de overgrootouders. Wanneer er helemaal geen erfgenamen zijn, dan gaat de erfenis naar de staat. 

Nagaan of de overledene een testament heeft opgesteld, kan via het Centraal Testamentenregister. (link: notaris.nl/bij-overlijden/centraal-testamentenregister)