Terug
Voorbereiden op later

Wat er na overlijden gebeurt met een koninklijke onderscheiding

Ongeveer vijfduizend mensen per jaar krijgen een koninklijke onderscheiding. Maar wat gebeurt er met de onderscheidingen wanneer de ontvanger komt te overlijden?

Sinds 1892 bestaat er de traditie om mensen die zich op bijzondere wijze hebben ingespannen voor de maatschappij, te benoemen in de Orde van Oranje Nassau. Er zijn sinds 1996 zes graden: Ridder Grootkruis, Grootofficier, Commandeur, Officier, Ridder en Lid.

Alle zes onderscheidingen krijgen mensen alleen bij leven. De onderscheiding blijft eigendom van de Nederlandse staat. Dit laatste wordt ook bij de uitreiking duidelijk gemaakt. 

Overlijdt iemand die is onderscheiden, dan krijgen nabestaanden na verloop van tijd een brief van de Kanselarij der Nederlandse Orden. In deze brief staat het verzoek om de onderscheiding naar de Kanselarij te sturen. De Kanselarij draagt namelijk zorg voor het beheer van deze onderscheidingen. 

De meeste nabestaanden sturen de onderscheiding terug. In sommige gevallen willen nabestaanden de onderscheiding liever houden. Dit kan, op voorwaarde dat ze een waarborgsom betalen. Hoeveel dit bedrag is, verschilt per onderscheiding. Daarnaast hangt het af van de goud- en zilverprijs.

In het geval van de Ridder ligt het momenteel rond de driehonderd euro, voor Ridder Grootkruis kun je denken aan duizend euro. Per jaar wordt de waarde, en daarmee de waarborgsom, bepaald. Nabestaanden hoeven dit bedrag maar één keer te betalen. Ze mogen de onderscheiding vervolgens houden zo lang ze willen. 

Wanneer de Kanselarij de onderscheiding heeft ontvangen, gaat deze naar de Koninklijke Nederlandse Munt. Daar wordt gekeken of de onderscheiding, na een eventuele opknapbeurt, hergebruikt kan worden. Is de onderscheiding in een te slechte staat, dan wordt hij omgesmolten tot een nieuwe. 

Het idee dat een Koninklijke onderscheiding eigendom is en blijft van de staat, is iets waar mensen zich nog wel eens over verwonderen. Kijk je naar andere landen, dan is het echter niet zo vreemd. In meer landen worden onderscheidingen alleen in bruikleen gegeven. In sommige landen, waaronder Frankrijk, moet je er zelfs voor betalen om de onderscheiding bij leven te mogen houden.