Terug
In memoriam

Marianne Verhoeven: ’Voor haar zonen liet ze alles uit haar handen vallen’

Ze waren het perfecte team, zowel in de liefde – die hen twee zonen bracht – als op het zakelijk vlak. Het leven lachte Marianne Verhoeven en haar echtgenoot Hans toe, totdat de ontdekking van een tumor in de hersenen van Marianne vorig jaar december op wrede wijze een streep door hun geluk haalde. „Ze had er dolgraag nog dertig jaar bij gehad…”

Tijdschrift Opzij moest opgefrist, weer nieuwsgierig uit het cellofaan getrokken worden, vond kersverse hoofdredacteur Marianne Verhoeven bij haar aantreden in 2017. Op de eerste cover verscheen een foto van Paul Verhoeven en Monique van de Ven, waarbij de hand van de regisseur in de blouse van de actrice verdween. Een statement dat niet alle lezeressen konden waarderen.

„Het zou in deze tijd trouwens helemaal niet meer kunnen”, zegt echtgenoot én Opzij-uitgever Hans van Brussel. Veertig jaar was hij samen met Marianne, die onlangs overleed aan de gevolgen van een hersentumor. De tumor werd in december 2021 ontdekt en veroordeelde de energieke en vrolijke Verhoeven al snel tot een rolstoel.

Ze kon niet snel in een hokje worden gestopt, Marianne Verhoeven. Uitgever, als hoofd communicatie actief in de goededoelensector zoals de Hartstichting, oprichtster van het blad Zus (zusterblad van HP/De Tijd). Dat laatste magazine wist ze samen met echtgenoot Hans van de rand van de afgrond weg te sleuren. „Ik kocht het, maar Marianne redde het door op een geweldige manier advertenties te gaan verkopen”, zegt Hans van Brussel. Ze werkten samen vaak letterlijk en figuurlijk aan de keukentafel en stonden later bekend als de ’Snip & Snap van Opzij’.

„Marianne hield ervan om een project neer te zetten”, zegt vriendin van het eerste uur Fieke Tissink. Ze leerden elkaar kennen op de middelbare school in Rijswijk, door hen steevast aangeduid als Parijswijk. „Was dat project eenmaal goed opgestart dan wist ze het ook wel weer en keek weer uit naar iets anders. Voor Marianne was feminisme iets natuurlijks, ze was opgegroeid met een werkende moeder en vond het vanzelfsprekend om zelf haar financiële broek op te houden. Ze wilde Opzij meer ontspannen en toegankelijk maken. Ze was erg voor zusterschap; vrouwen zouden vriendelijker tegen elkaar moeten zijn, elkaar moeten steunen. In plaats van de ander telkens de maat te nemen.”

Een verbinder

Marianne had een enorme energie en was een verbinder. Tissink verhaalt hoe ze regelmatig een weekend weg voor hen beiden regelde en daarbij geen nee duldde. „Waren we eenmaal ter plekke dan kende ze altijd wel weer iemand die we moesten bezoeken. Ze had een enorm netwerk. Leuk als je hem of haar ook leert kennen, vond ze dan.”

Met echtgenoot Hans vormde Marianne een perfect team, in de liefde maar ook zakelijk en als ouders van hun twee zonen. „Onze grote gemene deler was ons keiharde gevoel voor humor”, zegt Hans. „Daar hebben we in de laatste nare tijd nog heel veel aan gehad. Haar motto was ’doen’. Dat had ze van haar tekenleraar, de bekende Jaap Vegter. Die schreef dat ooit in hoofdletters op het bord. Niet treuzelen, aanpakken, beginnen, actie.”

Ze was ook een vrouw die veel aandacht had voor haar uiterlijk en kledingkeuze en er altijd even mooi en verzorgd uitzag. Die laatste weken, toen het niet meer ging, maakten haar schoondochters haar op. Lekker eten en drinken waren heel belangrijk in het leven, Marianne en Hans gingen daarom graag en veel naar Italië. De laatste keer hielp Hans haar met rolstoel en al door de achterdeur van het favoriete restaurant, omdat dat aan de voorkant niet lukte; nog één keer haar lievelingsgerecht eten, risotto met eendenlever en cacao.

De energieke Marianne was een moederkloek. Fieke Tissink: „Haar twee zonen gingen altijd voor, ze was helemaal dol op haar jongens. Voor hen liet ze alles uit haar handen vallen.” Hans: „Ze hield van hard werken, maar kon dat alleen maar als ze wist dat het thuisfront goed was geregeld. Ze vond het vreselijk dat ze haar kleinkinderen niet zou meemaken. Het leven was geweldig geweest, maar ze had er dolgraag nog dertig jaar bij gehad.”

Bron: De Telegraaf. Geplaatst 2-11-2022.