Terug
Rouw

Marathonpionier en meubelgigant Johan Franke fietst duizend kilometer voor overleden zoon John: ‘Wat je begint, moet je afmaken’

Hij was de peetvader van het professionele marathonschaatsen en De Meubelgigant van Groningen. Vulde zijn aardse bestaan met wonderlijke stunts, totdat hij fietsend op weg naar Santiago de Compostela een nieuw leven begon, óók weer vol uitersten. Dit voorjaar wil hij – 84 inmiddels – nog één keer trappend duizend kilometer volmaken, als eerbetoon aan zijn overleden zoon John. Johan Franke, kleurrijk tot het einde.

De nuchtere Groninger toont de tatoeage op zijn rechterschouder. Afbeelding van zoon John, die hij vorig jaar heeft moeten begraven, met op de achtergrond een weggetje dat leidt naar het Spaanse bedevaartsoord Santiago de Compostella.

Hij fietste daar met John, die toen al terminaal was. Longkanker. Johan Franke zag hem voor zich de bocht om gaan, met links witte kruizen van overledenen en dacht: daar gaat hij, weg uit mijn leven. Op een plek die voor hem toch al zo emotioneel was. Jaren eerder fietste hij – dik in de zeventig – hier ook, in z’n eentje. Letterlijk weggereden uit een bont aards bestaan met bizarre avonturen en te veel drank, junkfood en nicotine. Een confrontatie met zichzelf.

Als je ergens aan begint moet je het ook afmaken

Hij trapte zich – hallucinerend door de vermoeidheid – langs een kerkhof en zou durven zweren dat hij achter zich de stem hoorde van zijn overleden schoonzus. Ging bij een grafzerk zitten en dacht: hier begint voor mij een nieuw leven. Ruim honderdduizend fietskilometers later toont hij zich in het keukentje naast de showroom van zijn meubelbusiness chesterfieldsite.nl tevreden met zijn geestelijke veerkracht. Diep in de tachtig inmiddels, maar nog altijd ondernemer en sportman.

 

In september, een half jaar na de dood van zijn zoon, stapte hij op voor een fietstocht van duizend kilometer door het oosten van Duitsland, waar hij met zijn zoon jarenlang de zaak Der Meubelgigant – Möbel aus Holland – runde. Een eerbetoon aan John, die rit. En een poging om geld in te zamelen voor een bus met scanapparatuur om longkanker vroegtijdig op te kunnen sporen. „Was ik 500 kilometer onderweg, scheurde ik verdorie een spier in mijn kuit. Maar dit voorjaar ga ik terug voor die laatste 500 kilometer. Als je ergens aan begint moet je het ook afmaken.”

Trainingspakken

Zo is Franke altijd geweest. Toen de Tweede Wereldoorlog begon geboren als zoon van een meubelmaker. Werken in de zaak van zijn vader en tussendoor een beetje wielrennen – tweede in de Ronde van Kloosterburen, altijd bij de eerste tien – prutsen aan oude auto’s en shirtsponsor willen zijn toen shirtsponsors nog niet bestonden. Hij sprak Ron Groenewoud, trainer van GVAV/FC Groningen. Ze bedachten om de naam Franke op de trainingspakken van de voetballers te zetten. „Vol verwachting zaten mijn broer en ik in het Oosterparkstadion, maar géén trainingspakken met onze naam. Groenewoud was buiten z’n boekje gegaan; hij mocht geen sponsorafspraken maken. Maar het leverde me wel een bult gratis publiciteit op.”

Johan Franke met de tattoo van zijn overleden zoon. Foto: Eran Oppenheimer

Hij kocht een lading toegangskaartjes voor circus Toni Boltini en schonk ze aan de bejaarden van Groningen. Moesten ze wel naar de zaak komen om de tickets op te halen; kon hij toch nog even mooi reclame maken voor zijn meubels. Op de kaartjes stonden nummers, waaruit een prijswinnaar werd getrokken die een stoel kreeg. Maar de suppoosten van het circus scheurden de kaartjes zo door dat de nummers niet meer goed leesbaar waren. „Stonden er vier bejaarden voor mijn neus, bewerend dat zij het winnende getal hadden. Heb ik ze alle vier maar een stoel gegeven.”

Gomez

Johan Franke organiseerde de Internationale Wieler Avondvierdaagse op de weg, waarvoor 30.000 Groningers naar de Grote Markt en omstreken kwamen. Hij zag op tv de Spanjaard Antonio Gomez Fernandez ’schaatsen’ tijdens het WK in Heerenveen en stapte subiet in de auto om de man in huis te nemen. „Ik zocht hem op in de kleedkamer van Thialf. Hij wilde in Nederland blijven om te trainen en in mijn woonboerderij-in-aanbouw was plaats genoeg. Hij is een half jaar gebleven. Kwam ik op een avond thuis, had hij van resthout uit de bouw op de bodem van mijn nog lege zwembad een wonderlijk apparaat in elkaar geprutst om zijn beenspieren sterker te maken. Sikkeneurige man die alles beter wist en bijna een minuut deed over 500 meter. Om er publicitair toch nog iets uit te halen, heb ik een carnavalsplaatje met hem laten maken. Antonio Gomez Fernandez, die schaatst alleen een beetje anders. 

ohan Franke tijdens een van zijn vele omzwervingen op de fiets.

Verscheen er een artikel plus foto van de Spanjaard met De Meubelgigant op z’n borst in een Groninger krant, werd de naam door de eindredactie afgeplakt. ’Krijg de pleuris’, dacht Franke en plaatste een halve pagina advertentie in dezelfde krant. Met als tekst onder de onbewerkte plaat: dit is de échte foto bij het verhaal. „Kost een paar centen, maar dan heb je ook wat.”

Alternatieve Elfstedentocht

Veel interessanter dan Gomez vond hij marathonschaatsers, sinds hij in 1963 op tv Reinier Paping de Elfstedentocht had zien winnen. Begin jaren zeventig vroeg Jan Uitham – tweede achter Paping – of Johan Franke voor hem en een paar anderen een reis wilde betalen naar Zweden, waar werd geschaatst op een bevroren meer. Hij sponsorde Uitham ook tijdens de eerste Alternatieve Elfstedentocht in Lillehammer. „De Noren dachten: er komen een paar gekke Hollanders, het waren er 400! Ik heb tot ’s avonds laat moeten lullen als Brugman om een bed voor mijn schaatsers te regelen. Voor mij was geen plek meer, dus ik sliep op de dansvloer van de disco. Totdat de eigenaar me wakker maakte: ’Al die Nederlanders willen feest vieren, we gaan open!’ Moest ik naar het naaikamertje van het hotel.”

Franke vangt de door hem gesponsorde marathonschaatser Jan Uitham op aan de finish van de Alternatieve Elfstedentocht in Lillehammer.

Franke kon niet meer slapen en ging met een fles whisky en een ’toevallig’ meegenomen spandoek van zijn meubelzaak naar de start, waar ze met een hoogwerker boven de eindstreep een doek van hoofdsponsor Heineken aan het ophangen waren. ’Hang deze er even boven’, zei Franke tegen de man in de hoogwerker en gaf hem de fles drank. De vloeken van de organisatoren – toen ze een paar uur later bij de start kwamen – waren tot aan de overkant van het meer hoorbaar.

Marathonploeg

„Jan Roelof Kruithof won en we hadden meteen een klik. Hij wilde ten koste van alles de echte Elfstedentocht winnen en ik wilde daar als sponsor bij zijn.” Gevolg: Franke kreeg de eerste bij de KNVB geregistreerde marathonschaatsploeg, met naast Jan Roelof Kruithof onder anderen Jeen van den Berg en Jan Uitham. De architect uit Havelte trok de aandacht van Avro-regisseur Henny Budie. Franke: „Hij zei dat hij een documentaire over Kruithof wilde maken, op voorwaarde dat er iets spectaculairs in moest zitten en dat Jan Roelof ook de volgende Alternatieve Elfstedentocht moest winnen. Kruithof heeft één nier en moet daardoor veel drinken. Bij -20 graden bevriezen bidons, dus ik had speciale thermosflesjes laten maken, die we moesten testen in een vriescel, bij voorkeur op het lijf van Kruithof, trappend op een hometrainer. Was alleen voor die bidons, maar de beelden wekten de indruk dat hij dagelijks in een vriescel trainde.”

Kruithof moest nog wel even winnen in het Finse Kuopio. Hij lag een minuut voor, maar dreigde te worden ingehaald. „Dus heb ik tegen ploeggenoot Jan Werner Pol gezegd, hard genoeg dat ook de anderen in de groep achtervolgers het konden horen: ’Jullie liggen inmiddels zeven minuten achter’. Weg moreel. Pol was later woedend op me, maar die film was hartstikke belangrijk voor het complete marathonschaatsen.” De documentaire won prijzen in de Verenigde Staten, is over de hele wereld uitgezonden en Kruithof bleef onverslaanbaar. Ironie van het lot voor hem en Franke: toen de echte Elfstedentocht eindelijk kwam, was de Drent te oud om nog te kunnen winnen.

Meubelboulevard

Ook zakelijk kreeg de Groninger ondernemer wind tegen. Hij wilde op een industrieterrein in Assen als eerste een soort meubelboulevard beginnen. Een Makro voor meubelen. Franke had een hal van 5000 vierkante meter waar je met je auto doorheen kon rijden. TT-winnaar Wil ’De Witte Reus’ Hartog opende de tent door met een crossmotor door een papieren deur te rijden en Johan Franke maakte plannen om aan het eind van de hal, als service voor de klanten, een autowasstraat te laten maken. Een wethouder gaf groen licht voor het meubelpaleis, maar de gemeente ging draaien toen winkeliers protesteerden. De hal moest dicht en Franke ging failliet.

Johan Franke, geflankeerd door schaatslegendes Reinier Paping (rechts) en Jan Roelof Kruithof.

Toen de Berlijnse Muur viel, haastte hij zich naar het oosten van Duitsland om daar – met zoon John – een doorstart te maken als Der Meubelgigant. Het waren zes topjaren en toen daar een eind aan kwam, ging voor de levenskunstenaar – zoals hij het zelf zegt – ’de pijp uit’. „Ik zat er doorheen, was volledig van het padje. Gevalletje van zelfdestructie. En toen las ik dat het Nieuwsblad van het Noorden samen met Hennie Kuiper een beklimming van l’Alpe d’Huez organiseerde. Met mijn ongetrainde lijf trapte ik me in de stromende regen naar de top; kwam als allerlaatste boven.” Hij kreeg de smaak te pakken, reed als ’jonge bejaarde’ de toerversies van Luik-Bastenaken-Luik, de Ronde van Vlaanderen, de Amstel Goldrace en later 2600 kilometer naar Santiago de Compostella, waar hij definitief afrekende met het Asser trauma.

Hij toont beelden – gemaakt met een cameraatje op z’n stuur – van de beklimming naar de top van de Spaanse Pico Veleta op 3450 meter hoogte. Mist, onweersbuien. Een man op leeftijd, moederziel alleen in gevecht met de elementen. Daarbij vergeleken is de 500 kilometer die hij straks nog even weg moet trappen in Duitsland kinderspel, voor een 84-jarige.

Bron: DvhN. Geplaatst: 15-4-2024.  Foto: Eigen foto