Terug
In memoriam

Ginus Geersing, energiebaas met de menselijke maat

Breed geïnteresseerd, eigenwijs ook. Ginus Geersing kreeg bekendheid als provinciale energiebaas en werd later museumdirecteur. Hij overleed begin november op 74-jarige leeftijd.

Zijn interesse was dan wel breed: met een aantal van zijn passies hield hij het een leven lang uit. Duurzaamheid en energie, techniek, oldtimers en later in zijn leven het herstelrecht – een zachte blik voor slachtoffers van allerlei onrecht.

Die laatste fascinatie voert naar alle waarschijnlijkheid terug naar zijn jeugd. Geersing senior besteedde na de Tweede Wereldoorlog tijd aan het opsporen van oorlogscriminelen. Vader Geersing heeft later nog eens getuigd tegen een oorlogsmisdadiger uit Roden, waarbij Ginus hem begeleidde.

‘Hogeschool voor criminelen’

Vader en zoon spraken in die tijd vaak over het oorlogsverleden en hoe daarmee om te gaan. Hier zal de kiem liggen van Ginus’ latere activiteit in het herstelrecht. De tegenhanger van het strafrecht, gericht op het slachtoffer en het herstellen van het onrecht dat hem of haar is aangedaan. ,,De gevangenis is de hogeschool voor criminelen’’, was een bekende uitspraak van Ginus Geersing. Hij werd actief voor de stichting Restorative Justice en voorzitter van de Bianchi Herstelrecht Stichting.

In zijn diensttijd werkte Geersing aan een luchtafweergeschut. Bij de luchtmacht wilden ze hem wel houden als leidinggevende van zijn squadron. Hij bedankte, mogelijk ook vanwege zijn vaders afkeer van het leger.

Na zijn diensttijd studeerde hij economie in Groningen, waar hij zijn latere echtgenote Mayken ontmoette. Na zijn afstuderen werd hij wetenschappelijk medewerker aan de RuG. In die hoedanigheid zat hij al snel in het College van Bestuur. Toen hij een vacature zag voor directeur van Frigas, het energiebedrijf van de Friese gemeenten (later Frigem), hapte hij toe. Hij stond bekend als directeur die oog had voor zijn mensen.

Drukke jaren, waarin het gezin minstens zo belangrijk was voor Geersing. Zijn kinderen omschrijven hem als een warme vader. ,,Hij stond altijd voor je klaar’’, zegt zoon Jan-Kees. Geersing vertelde vaak verhalen over autootjes voor het slapen gaan. Over Herbie, de bekende Volkswagen Kever, en een Dafje. Zo kregen zij de liefde voor auto’s overgedragen.

Frigem zou uiteindelijk – via Edon – opgaan in Essent. Binnen Edon richtte Geersing nog een afvalbedrijf op, vooral gericht op recycling. Duurzaamheid ging hem aan het hart, de huidige klimaatdiscussie volgde hij nauwgezet. Kort na de fusie ging hij met pensioen.

Talrijke bestuursfuncties

Hobby’s en nevenactiviteiten had hij echter genoeg. Talrijke bestuursfuncties bij onder meer het Fries Museum, NHL/Stenden, de Provinciale en Bumabibliotheek. Cultuur en hoger onderwijs hadden zijn bijzondere aandacht. In de NHL is een auditorium naar hem genoemd; in het Fries Museum hangt zijn portret. Ook had hij commissariaten in de energiesector. Geersings grote passie lag evenwel bij oldtimers, en het daarmee reizen. Die liefde ging heel ver terug en zat heel diep. Tientallen had hij er en hij kon er eindeloos over vertellen. Jarenlang spraken Geersing en zijn vrouw over een museum; hij voor zijn auto’s, zij voor haar kantcollectie. ,,Een luchtkasteel’’, dachten hun kinderen altijd. Maar in 2000 kwam het er toch: ‘t Andere Museum van Oldtimer tot Kant. In de loop der jaren uitgebreid met oude radio’s, LGB-treinen en Meccano.

Sinds 2012 zat Geersing bij de Vrijmetselaars. Het vrijdenken, het niet oordelen, het empathische, dat paste bij hem.

Dit artikel is geplaatst op 22-11-2019 in de Leeuwarder Courant.