Terug
In memoriam

Nicorien Bol uit Groningen was zelf het allermooiste sieraad

Een grote foto sierde de afgelopen tijd de etalage van haar winkel in de Oude Kijk in ‘t Jatstraat in Groningen. Daarop staat Nicorien zelf, in haar element, je hoort haar bijna lachen. ,,Nico, jij was het allermooiste sieraad’’, staat eronder, evenals de twee data die haar leven omvatten. Geboren op 13 december 1968, gestorven op 1 april 2020.

Haar winkel was een kralen- en sieradenwinkel, Kraalienka gedoopt. Nicorien maakte en repareerde er sieraden, ze verkocht er daarnaast sjaals, halfedelstenen en smaakvol tweedehands servies. Ze ontving haar klanten hartelijk.

Ze was niet anders gewend.

Thuis, in Breda, groeide ze op als Benjamin in een gezin van vijf kinderen. Haar vader was gynaecoloog, haar moeder onderwees naaldvakken. Het was een katholiek gezin waar alles kon, waar vrienden en vriendinnen in- en uitliepen, waar kunst en museumbezoek bij het leven hoorden, net als de vakanties in hun huisje in Baarle Nassau, tegen België aan.

Sieradenmaker

Het was daar dat Nicorien zich ontpopte als sieradenmaker. Ze was een jaar of acht en deed wat haar oudere zus deed: met zilverdraad en kralen kleine ringen en oorbellen in elkaar knutselen om ze vervolgens te verkopen vanuit een provisorisch kraampje. Nicoriens creaties vielen bij de toeristen in de smaak, zo precies waren ze gemaakt.

Ze was altijd aan het tekenen en knutselen. Als kleuter al. Haar moeder nam wel eens foto’s van haar handjes omdat ze zo mooi volgekliederd zaten, met stift, plaksel en stukjes papier.

Ze had als meisje de wereld aan vriendinnen en dat gemak van vriendschappen sluiten bleef, ook toen ze ouder werd. Het gebeurde dat er klanten bij haar in de winkel kwamen met wie ze niet uitgepraat raakte – dan was er zomaar een nieuwe vriendschap geboren.

Opperste concentratie

Nicorien kon zich goed focussen. Dat bleek niet alleen uit het geduld waarmee ze millimeterwerk verrichtte als ze sieraden maakte, ze wijdde zich als kind in opperste concentratie aan modern klassiek ballet, ze speelde korte tijd viool en ze besteedde uren aan haar huiswerk. Op het vwo leverde ze werkstukken in die er piekfijn uitzagen.

Ze wilde juf worden. Haar broer woonde inmiddels op kamers in Leiden, via hem leerde ze er het studentenleven alvast kennen en het was de stad waar ze de pabo ging doen. Met haar diploma op zak ging ze aan de slag op diverse scholen, later zou ze ook les geven aan autistische kinderen.

Nicorien Bol, samen met haar dochter Mei-Lin.

Ondertussen had ze haar vriend ontmoet, die voor zijn studie naar Groningen verkaste. Ze ging met hem mee en al gauw liet ze weten Groningen nooit meer te verlaten, zo gezellig vond ze die stad met z’n terrassen, z’n fietsen en z’n rust. Ook toen de relatie met haar vriend uit raakte en hij weg ging uit Groningen, bleef zij er.

Maar Nicorien werd ziek. Ze kreeg niercelkanker. Een nier werd verwijderd en opgelucht hoorde ze dat ze wel 80 jaar kon worden.

Ergens in die tijd viel haar oog op een leegstaand winkelpandje in de Oude Kijk in ‘t Jatstraat. Wat als ik een sieradenwinkeltje begin, droomde Nicorien en in haar hoofd richtte ze het pand al in.

De winkel werd werkelijkheid en ze stak er haar ziel en zaligheid in. Ze zei het onderwijs na verloop van tijd vaarwel.

Sprong naar adoptie

En ze had die andere wens. Moeder worden. Toen die niet vanzelfsprekend uitkwam, waagde ze in haar eentje de sprong naar adoptie. Na vijf jaar wachten was daar haar dochter Mei-Lin die ze ophaalde uit China.

Mei-Lin is nu elf jaar. Ruim acht jaar voedde Nicorien haar op, vrolijk en licht, ondanks dat de kanker haar vijf jaar geleden opnieuw te pakken nam. Die had zich verspreid in haar lichaam.

Aan de hand van haar nieuwe vriend vocht ze als een leeuw om overeind te blijven. Ze greep elke nieuwe behandeling, elk medicijn aan om in leven te blijven. Elke dag, als ze Mei-Lin naar school had gebracht, ging ze naar de winkel, die bliksemafleider en anker in een was.

Erehaag voor Nico

Ze besloot de kanker een chronische ziekte te noemen. Als ik de ziekte omarm, word ik er vanzelf oud mee en zie ik Mei-Lin volwassen worden, hield ze zichzelf voor. Het hield haar op de been en soms was het net of de ziekte er niet was.

Afgelopen najaar wilde het niet meer. Ze kon alleen nog liggen. Nog greep ze de nieuwste medicatie aan, zag ze de hoop gloren, maar op 1 april stierf ze.

,,De dood van Nicorien heeft een gat geslagen in Groningen, in haar vriendenkring, in ons gezin’’, sprak haar zus op de begrafenis waar vanwege corona slechts een handjevol dierbaren aanwezig mocht zijn. Van heinde en verre kwamen vrienden en familie naar de begraafplaats om daar, in de buitenlucht, een erehaag te vormen voor Nico.

Artikel geplaatst in DvhN op 15-6-2020.